Terug naar nieuwsoverzicht

Voorlopig geen (wettelijke) geluidsbegrenzer in het uitgaansleven

Er zijn nu geen wettelijke afspraken over het maximale geluidsvolume. Wel hebben de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals (VNPF) en de Vereniging van Evenementenmakers (VVEM) in 2016 een convenant gesloten met het ministerie. Daarin is nog 103 decibel, gemeten over een duur van 15 minuten, de afgesproken plafondwaarde.

Openbaar toegankelijke locaties met versterkte muziek, zoals clubs, discotheken, cafés en scholen, zouden bij muziekactiviteiten voor mensen vanaf 16 jaar een geluidsniveau van maximaal 102 decibel gemiddeld over een kwartier moeten hanteren. Voor kinderen zou een lager gemiddeld geluidsniveau moeten worden gehanteerd. Dat adviseert het RIVM aan het ministerie van VWS in het rapport ‘Advies maximale geluidsniveaus voor muziekactiviteiten’.

Het blijkt onmogelijk om maximale geluidsniveaus te adviseren die voor ieder individu absoluut veilig zijn, en dus geen risico op gehoorschade opleveren. Dat komt volgens het RIVM omdat de mate waarin mensen gevoelig zijn voor harde muziek per individu verschilt. Daarbij is de schadelijkheid van geluid mede afhankelijk van de duur dat mensen eraan worden blootgesteld. De totale hoeveelheid (hard) geluid waaraan mensen blootstaan, ook los van muziek, is niet voor iedereen gelijk. 

Jonge kinderen
Jonge kinderen zijn minder goed in staat zelf maatregelen te nemen om gehoorschade te voorkomen. Het advies onderscheidt daarom afzonderlijke grenswaarden voor jonge kinderen tot en met 13 jaar (gemiddeld 91 decibel over een kwartier), kinderen van 14 en 15 jaar (gemiddeld 96 decibel over een kwartier) en mensen vanaf 16 jaar (gemiddeld 102 decibel over een kwartier). 

Geen veilige geluidsniveaus 
De geadviseerde maximale geluidsniveaus zijn niet gegarandeerd veilig voor het gehoor. Daarom is het volgens het RIVM van belang bezoekers van muziekactiviteiten te informeren hoe zij zelf het risico op gehoorschade kunnen beperken. Dit kan door gehoorbescherming te dragen, afstand te nemen van de geluidsbron (speaker) en door zogenoemde oorpauzes in te lassen. 

Het advies is in samenwerking met het RIVM opgesteld door een werkgroep, bestaande uit Nederlandse deskundigen op het gebied van akoestiek en de oorzaken, gevolgen en preventie van gehoorschade door hard geluid, met een focus op harde muziek. In Nederland is er geen landelijke wet- of regelgeving die bezoekers van uitgaansgelegenheden beschermt tegen gehoorschade door te harde muziek. Sinds 2014 is het convenant preventie gehoorschade muzieksector van kracht. Dit convenant geldt voor een groot aantal evenementen, poppodia en festivals en loopt tot 1 juli 2018. 

 

Bron: NOS en RIVM