Op de persconferentie van 28 mei kondigde premier Mark Rutte aan dat openluchttheaters vanaf 5 juni 50 bezoekers mogen ontvangen. Voor openluchttheaters met een zitcapaciteit van meer dan 1000 bezoekers geldt 250 bezoekers als norm.
Slechts 1 op de 6 openluchttheaters heeft een capaciteit van meer dan 1000 zitplaatsen. Alle andere theaters hebben een capaciteit van minder dan 1000 zitplaatsen en zijn dus gebonden aan het maximum van 50 bezoekers. Veel theaters hebben een capaciteit die tussen de 500 en 1000 bezoekers ligt. Een theater met bijvoorbeeld een zitcapaciteit van 800 bezoekers kan met ongeveer 240 bezoekers de 1,5 meter-regel handhaven maar moet nu genoegen nemen met 50 bezoekers. Dit openluchttheater wordt hiermee qua bezoekersnorm gelijkgesteld met een horecagelegenheid waar de bezoekers binnen zitten.
Veel openluchttheaters hadden hun programmering er al op voorbereid dat ze net als vorig jaar in juni weer open kunnen met een capaciteit die gebaseerd is op 1,5 meter afstand tussen de bezoekers. Met 50 bezoekers is nagenoeg geen enkele voorstelling kostendekkend te organiseren.
De Vereniging van Nederlandse Openluchttheaters is zeer teleurgesteld en vindt deze norm onlogisch en onwerkbaar.